Hieronder vindt u al enkele vragen met antwoord. Dit kan u misschien al verder helpen. Twijfel echter niet om Chapewerken Knockaert te contacteren.
1. Wanneer wordt een chape of cementgebonden dekvloer aangelegd? Een dekvloer wordt pas aangelegd na de beëindiging van de ruwbouwwerken, het plaatsen van het buitenschrijnwerk met beglazing en/of het afdichten van de buitenopeningen, de beëindiging van de stukadoorwerken en de installatie van de leidingen voor verwarming, sanitair, informatica, domotica.
2. Waarom wordt een dekvloer aangebracht? De dekvloer wordt aangebracht op de draagvloeren van gewapend beton, aarde of elk ander hard grondvlak, om zo een vlakke en horizontale ondergrond te vormen waarop de vloerbedekking kan worden gelegd (vloertegels, natuursteen, parket of laminaatparket, kurk, linoleum, tapijt, ...)
3. Wat is de samenstelling van een dekvloer? 1 m² rijnzand (type: 0/3), max. 250 kg cement / m², zuiver aanmaakwater.
4. Wat zijn de prestaties en eisen van een dekvloer? Er worden hoofdzakelijk drie soorten prestaties vereist van een dekvloer:
•Horizontale ligging - vlakheid - aanvangsniveau
•Ruwhei
•Druksterkte
Ze worden in het bestek of bij de bestelling weergegeven door numerieke waarden of door het opleggen van een bepaalde prestatieklasse.
5. Wat zijn de termijnen voor de ingebruikname van een dekvloer? Voor een cementgebonden dekvloer worden volgende principes toegepast:
•De dekvloer moet gedurende minimum 3 dagen in een vochtige omgeving gehouden, d.w.z. dat de kamers afgesloten en niet geventileerd worden.
•Hij moet gedurende minimaal 1 week afgeschermd worden van tocht (gesloten ruimten).
•Er moet worden gewacht om de vloer een eerste maal voorzichtig te belopen, zonder bijkomende belastingen, tot de vloer 5 tot 7 dagen oud is.
•De eerste belasting door stapelen van materialen, goed verdeeld en zonder puntbelasting, ten vroegste na 15 dagen toelaten.
•Voor een volledig gebruik moet worden gewacht tot de vloer 28 dagen oud is (de wachttijd voor het plaatsen van de vloerbedekking echter ook af van andere criteria, zoals het vochtgehalte)
6. Wat zijn de droogtermijnen van een dekvloer? Na het respecteren van de termijnen voor ingebruikname, moet de dekvloer drogen, d.w.z. dat het aanmaakwater moet verdampen tot een vochtgehalte bereikt wordt dat verenigbaar is met de voorziene vloerbedekking en haar plaatsingstechniek. De droogtermijnen worden in belangrijke mate beïnvloed door de weersomstandigheden(relatieve vochtigheid, temperatuur ...).
Het vochtgehalte wordt volgens een welbepaalde methode gecontroleerd: (gemeten met de carbidefles en uitgedrukt in massapercent). Het is dan ook aanbevolen informatie in te winnen bij de aannemer van de vloerbedekking.
•Voor het plaatsen van parket aanvaardt men een max. vochtgehalte van 2,5 % voor een cementgebonden dekvloer.
•Indien de vloerbedekkingen dampdicht zijn en/of indien vochtgevoelige lijmen worden gebruikt, is het toegelaten vochtgehalte beperkt tot 2,5 % voor een cementgebonden dekvloer. In geval van vochtdoorlatende vloerbedekkingen en indien de gebruikte lijmen niet vochtgevoelig zijn, bedraagt het maximale toelaatbare vochtgehalte 5 % voor cementgebonden dekvloeren.
•Voor harde vloerbedekkingen en hun voegen is het vochtgehalte in de cementgebonden die op zichzelf geen ongunstige factor. Bij vloerbedekkingen van sommige marmer of kalksteensoorten moet er evenwel voor worden gezorgd dat de dekvloer droog is en blijft.